Voor maandag 26 Juli staat de eerste grote wandeling op het programma. Omdat de camping vrij laag ligt ten opzichte van de bergen eromheen besluiten we het wat hoger op te zoeken. We gaan daarom met de bus (postauto) van Promotogno naar Pranzaira. Van hier gaan we met de kabelbaan omhoog naar het stuwmeer (Albigna See) wat op 2163 meter hoogte ligt. De route gaat vanaf het stuwmeer naar de Pass de Cacciabella (ruim 2900 meter hoogte) met afdaling naar Cabana Sicora. Tot slot dalen we af via Laret naar de camping in Bondo. 

Het stuwmeer is gigantisch groot, het bevat zo'n 70 miljoen m3 water en kan behoorlijk wat energie opwekken.

Het grootste gedeelte van de tocht voert ons over een blauw – wit gemarkeerde route. Blauw – wit staat voor een zwaardere route dan de normale rood – witte route's.  Doordat we al op grote hoogte beginnen is het uitzicht direct indrukwekkend. Het is jammer dat het wat bewolkt is waardoor je de verder weg liggende bergen niet altijd goed kunt zien. De bewolking geeft een wat spookachtige sfeer.

Er zijn gigantische bergen en rotsformaties te zien. Wij lopen daar zo'n beetje langs. Er zijn ook mensen die er niet voor terugdeinzen om er tegenop te klimmen.

Op het onderstaande plaatje is goed te zien hoe lastig de route is. Kees staat te kijken naar de plek waar hij naar toe moet. Als je goed kijkt zie je Wilco bij de sneeuw staan.

Als we even rust houden is het nodig om je jas of trui aan te doen. Er staat een behoorlijke wind en daardoor is het best fris.

Op de foto hierboven is te zien waar de route heen gaat. De blauw – witte vlaggen die op de stenen geschilderd zijn wijzen de weg, je moet dan wel zelf je pad vinden.

Wilco houdt een hoger tempo aan dan Hanny en Kees. Hij gaat steeds voorop en als hij dan een flink gat heeft geslagen gaat hij al lezend zitten wachten tot wij aankomen.

Als we op het hoogste punt aankomen, op de pas, hebben we een gigantisch uitzicht. Hanny vindt het maar wat benauwend om op zo'n klein stukje rots te zitten. Aan twee kanten zijn bergen en aan twee kanten heb je een adembenemend uitzicht op de dalen.

Het eerste deel van de afdaling is zo steil dat er kettingen en ladders zijn aangebracht. Je moet soms loodrecht omlaag je vasthoudend aan de kettingen en een plaats zoeken voor je voeten tegen de rotsen. Dit is een spannende manier van afdalen. Je daalt snel en het is ook heel veilig. Zolang je de ketting vasthoudt, gaat het goed.

Na een afdaling over sneeuw en daarna stenen komen we aan bij de Sciora hut. Afdalen is aan de ene kant gemakkelijker dan stijgen omdat je niet zo moe wordt, maar het is ook lastiger omdat je steeds de juiste steen moet zoeken om je voet op te  zetten.

 

Vanaf de hut moeten we volgens de wegwijzers nog 2 uur en 3 kwartier dalen. Dit valt niet mee omdat het eerste gedeelte tot Laret heel erg zwaar is. Op de foto ziet het er vredig uit, maar in werkelijkheid volgen wij iets wat je met goed fatsoen geen pad kunt noemen. Kees krijgt last van een spier achter bij zijn knie wat het afdalen moeilijker maakt. Hanny heeft altijd wat moeite met afdalen.  Als we een kwartiertje op weg zijn naar Laret besluit Wilco om zijn eigen tempo te gaan nemen naar de camping. Als hij daar aangekomen is zal hij vast eten gaan maken zodat we direct na aankomst kunnen eten. Wilco rent naar beneden, volgens hem is dat veel efficienter omdat je dan optimaal gebruik maakt van de zwaartekracht. Het laatste stuk waar een uur en kwartier voor staat legt hij af in een half uur.

Als wij op de camping komen is het eten klaar. Na het eten gaan we douchten en direct naar bed. We hebben vanaf ongeveer 11 uur s' ochtends tot 8 uur s' avonds gelopen. Het was een mooie tocht maar voor ons wel wat zwaar.